Geüpdate op 21/07/2022 door Yoreh
Foto’s van jezelf en de mensen om je heen; tegenwoordig kunnen we ons geen wereld meer voorstellen waarin we onszelf en onze geliefden niet vastleggen. Portretfotografie is een van de normaalste zaken van de wereld, en we fotograferen net zo makkelijk ons eigen gezicht als een mooi bord avondeten. Er zijn foto’s van elk stadium van ons mens-zijn, van babybadje tot een dronken avond in onze studietijd.
Die vanzelfsprekendheid van fotografie is natuurlijk een relatief nieuwe ontwikkeling. Portretfotografie komt voort uit het portretschilderen dat we als mensheid al eeuwenlang doen. Het vereeuwigen van onszelf, het laten zien van ons gezicht aan anderen, is een eeuwenoud verlangen. Een afbeelding van jezelf laten maken was vroeger echter alleen voor de allerrijksten weggelegd en veel mensen hadden geen idee meer van hoe ze er als kinderen uitzagen. Ook afbeeldingen van overleden dierbaren konden we niet bij ons dragen.
Portretfotografie: Lessen van de Meesters
Susan Sontag vat dat in haar beroemde boek vol essays over fotografie, “On Photography” mooi samen:
“De overgrote meerderheid van de mensen, die zich niet kon veroorloven zich te laten portretteren, hadden geen idee over hoe ze er als kind uitzagen. Vandaag heeft bijna iedereen foto’s van zichzelf, waarop we onszelf kunnen zien toen we zes jaar oud waren, onze gezichten geven al een indruk van wie we later gaan worden. We hebben diezelfde informatie over onze ouders en grootouders.
En die foto’s hebben de kracht om ons diep te ontroeren, ze doen doordringen ons van het besef dat deze mensen ooit echt kinderen zijn geweest. Jezelf en je ouders als kinderen te kunnen zien is een ervaring die uniek is voor onze tijd. De camera heeft mensen een nieuwe verhouding tot zichzelf en hun uiterlijk gegeven. Een nieuwe verhouding tot het ouder worden en tot hun eigen sterfelijkheid. Dit is een soort pathos dat nooit eerder heeft bestaan.”
Voor altijd vereeuwigd
Door portretfotografie zijn we dus op een andere manier naar onszelf gaan kijken. In het begin van de portretfotografie lieten mensen heel af en toe een portret van zich maken, er waren weinig beelden en de beelden die er van mensen bestonden waren formeel en statig. Ze waren er namelijk voor bedoeld om voor altijd vast te leggen hoe we eruit zagen.
Die portretten zien er trouwens niet voor niets zo stijf uit. Aan het einde van de 19e eeuw, toen onze voorouders voor de dorpsfotografen poseerden in hun zondagse goed, was de film een stuk minder gevoelig dan nu. Mensen moesten dus vaak een aantal minuten in dezelfde houding blijven zitten, om netjes op de foto te verschijnen. Lachend hield je dit niet vol en een expressieve houding was ook niet uit te houden. Zo werden de eerste foto’s stugge portretten, waarbij onze voorouders tegen houten steunen in hun rug of op hun achterhoofd leunden, om maar vereeuwigd te kunnen worden!
Foto’s vormen nog steeds voor een groot gedeelte onze herinneringen, maar we maken ze nu te pas en te onpas. Met de komst van de betaalbare consumentencamera en de goedkope 35mm rolletjes gingen we ook foto’s maken van ons huiselijke leven, en met de opkomst van de digitale fotografie heeft de portretfotografie met de bekende selfies helemaal een vlucht genomen.
Portretfotografie is daarmee ook een veel bredere tak van sport geworden. Er is meer ruimte voor creativiteit, en een opvallend portret is tussen al die beelden zelfs een verademing. Met het verstrijken van de tijd hebben we ook steeds meer inzicht gekregen in wat het betekent om een beeld van iemand in de tijd te vangen. Hoe mag je iemand neerzetten? Wat wil je dat iemand uitstraalt? Welke verantwoordelijkheid heb je als fotograaf?
In dit artikel kijken we naar een aantal beroemde portretfotografen en hun werk. Wat kunnen we leren van de beste fotografen in dit genre?
Richard Avedon
Richard Avedon is bekend van zijn prachtige, indringende zwart-wit portretten. Een model staat tegen een witte achtergrond, het licht is mooi diffuus en het model kijkt recht de camera in. Het voelt alsof iemand in levenden lijve voor je staat en elke moment iets tegen je kan gaan zeggen. Alsof je echt contact hebt met iemand van heel ver weg. Hoewel je het gevoel hebt dat er een echt mens voor je staat, zijn de portretten ergens ook wat abstract. Je ziet de mens alleen, zonder een omgeving, puur “zoals ze zijn“.
Avedon zegt hier zelf over: “Ik geef er altijd de voorkeur aan om in de studio te werken. Het isoleert mensen van hun omgeving. Ze worden in zeker zin symbolisch voor zichzelf. Ik heb vaak het gevoel dat mensen naar me toe komen om gefotografeerd te worden zoals ze naar een dokter of een waarzegger zouden gaan; om te weten te komen wie ze zijn.”
De les van Richard Avdeon: haal het model uit hun omgeving en zet ze voor een zachte witte achtergrond
De foto’s van Avedon halen mensen uit hun omgeving, zodat je alleen nog maar naar het model kijkt. Hierbij zoek je naar een balans tussen het model en de negatieve ruimte, de ruimte die op de persoon heen wit blijft. Avedon gebruikt altijd mooi, zacht licht. Dit kan omgevingslicht zijn of een hele zachte softbox, die midden voor het model staat. Let wel op eventuele schaduwen die je lamp veroorzaakt – je wil dat je achtergrond zo egaal mogelijk blijft. Kies er eventueel voor om je model iets verder van de achtergrond neer te zetten als dat nodig is.
Om een echte Avedon te maken zet je een model voor een strakke witte achtergrond, buiten in de schaduw. Het doel is om je model vast te leggen “zoals ze zijn”, dus iemand hoeft zich niet speciaal voor jou op te poetsen. Zorg ervoor dat iemand kalm, recht in de camera kijkt en maak een aantal opnames.
In de nabewerking besteed je extra aandacht aan je foto. Zorg ervoor dat de witte achtergrond mooi strak is, maar niet uitgebeten of overbelicht. Hoewel dat mooi wit is, zorgt het ervoor dat er in een afdruk op deze plekken ‘naakt papier’ zichtbaar blijft. Een klein tintje heb je dus wel nodig. De foto’s van Avedon hebben mooie, hoge contrasten. Met voorzichtig doordrukken en tegenhouden kun je wat extra accenten in je beeld aanbrengen.
Rineka Dijkstra
De portretten van de Nederlandse Rineke Dijkstra zijn groot en heel gevoelig. Ze fotografeert jongens en meisjes op het strand, op een manier waarop het lijkt alsof je soms recht in hun ziel kan kijken. In al hun kwetsbaarheid staan ze daar te zijn wie ze zijn. Zelf beschrijft ze haar werk als volgt:
“Voor mij is het essentieel om te begrijpen dat iedereen alleen is. Niet in de zin van eenzaamheid, maar eerder in de zin van dat niemand een ander helemaal kan begrijpen. Ik weet heel goed wat Diane Arbus bedoelt als ze zegt dat je niet in de huid van een ander kunt kruipen, maar er is altijd een drang om dat toch te doen. Ik wil duidelijke sympathieën wekken voor de persoon die ik heb gefotografeerd.”
De les van Rineke Dijkstra: fotografeer op locatie, met zacht licht en zoek naar het onbewaakte moment
De portretten van Rineke Dijkstra worden altijd heel groot afgedrukt. Bij alle portretten geldt dat een goede camera voor een betere resultaat zorgt, maar in dit geval lukt het bijna niet zonder een grote opname. Hoewel Dijkstra een aantal series heeft gemaakt over jonge mensen, kun je in principe elk model gebruiken. Het werk van Dijkstra wordt bijna zonder uitzondering op locatie gemaakt; in de natuur, of eventueel tegen een witte muur. Zorg voor heel zacht licht, het liefst gewoon neutraal daglicht.
De belangrijkste les die we van Rineke Dijkstra kunnen leren is dat je voor een portret best heel veel tijd mag nemen. Waar fotografen vaak bang zijn dat een model zich gaat vervelen, maakt Dijkstra daar juist gebruik van. Ze laat een model rustig een paar minuten poseren voordat ze, onaangekondigd, een foto maakt. Dit onbewaakte moment, waarop iemand net even in de camera kijkt, creëert een heel intieme sfeer. Je kijkt iemand aan die zich voor de camera eventjes onbespied waande.
Sally Mann
Een vrouw die foto’s maakt van haar kinderen, dat klinkt misschien niet echt als kunst. En dat maakt het werk van Sally Man meteen zo bijzonder. Mann maakte op groot formaat film prachtige portretten van haar familie. Niet op een liefdevolle, nostalgische manier om iedereen er zo mooi mogelijk op te krijgen, maar rauw, observerend en echt.
Doordat je haar gezin door de tijd heen volgt, zie je de blikken van haar kinderen steeds ‘volwassener’ worden. Steeds grotere kinderen kijken je aan, soms stoer en ongenaakbaar, en soms nog heel erg klein en kwetsbaar. Hiermee krijg je een heel intiem inkijkje in het leven van Mann en haar familie en zie je het opgroeien in een Amerikaans gezin, weergegeven in al haar complexe dynamiek.
De les van Sally Mann: gebruik juist je eigen familie en bekenden
Als mensen zeggen dat jouw onderwerp niet geschikt is voor de ‘hogere fotografie’, dan moet je je daar lang niet altijd iets van aan trekken. In elk onderwerp en in elk thema is wel een oorspronkelijk aanpak te vinden die bijzondere beelden oplevert. Een foto van je kinderen of je hond lijkt misschien niet zo bijzonder, maar probeer met de kijk van Mann maar eens wat foto’s van je vrienden, familie of omgeving te maken.
Met een beetje oefening zorgt je ervoor dat de blik van je onderwerp op jou gericht is en je onderwerp in ieder geval scherp. Fotografeer ook voldoende van de omgeving mee. Je gebruikt hiervoor eerder een groothoeklens dan een telelens. Let wel op dat je niet al teveel vervorming in je foto hebt. De mooie, duidelijke contrasten en de vaak wat donkere foto’s met een kleine sepia-toon zorgen voor een bijzondere sfeer.
Cindy Sherman
In het begin van de jaren zeventig schreef Sherman zich in aan de State University van New York om schilderkunst te studeren, maar al snel vond ze het medium te beperkt voor haar ideeën en realiseerde ze zich, zoals ze het uitdrukte, “dat er met het medium niets meer te zeggen viel“.
Sherman ging fotografie studeren en sloot vriendschappen voor het leven met de kunstenaars Robert Longo en Charles Clough. Tijdens haar studie begon ze haar kenmerkende zelfportretten te maken.
“Ik weet niet of het therapeutisch was, uit verveling, of mijn eigen fascinatie voor het nadenken over make-up in het midden van de jaren zeventig… Ik had het verlangen om mezelf te transformeren. Ik speelde gewoon wat en veranderde in een personage in mijn slaapkamer.”
Verschillende filmische invloeden bepaalden de aard van haar vroege zelfportretten, de ‘Untitled Film Stills’, van Amerikaanse Film Noir en misdaadfilms tot Italiaans Neo-Realisme.
De les van Cindy Sherman: je kunt jezelf gebruiken om scènes te creëren.
We kunnen van Cindy Sherman twee belangrijke dingen leren. De eerste ligt het meest voor de hand: als je geen model hebt, fotografeer dan jezelf! Er zijn meer fotografen die zichzelf graag als onderwerp nemen, je bent er zelf altijd, en je kunt met jezelf doen wat je wilt.
De tweede les gaat over beeldtaal, en biedt ons nog veel meer inzichten. Het werk van Sherman is namelijk zo bijzonder omdat ze moeiteloos allerlei verschillende stijlen aan lijkt te kunnen nemen. Door heel goed te kijken naar de manier waarop beelden zijn ontstaan, wat ze kenmerkt en wat er wel, en vooral ook niet, op staat, krijgen we inzicht in de beeldtaal van een periode of medium. Zo ontstaan er beelden met een bijzondere, onverwachte sfeer.
Kijk bijvoorbeeld eens naar bovenstaande foto uit 1978, ‘Untitled Film Still 13’. Sherman zit hier op de grond. Om haar heen is het donker, haar haar is nat en ze draag een schooluniform. Ze draagt geen make-up en ziet eruit alsof ze nog half in beweging is. Haar blik is wat angstig, de contrasten zijn groot en de foto heeft een wat blauwige toon. Het voelt alsof we naar een thriller uit de jaren 80 kijken en er misschien wel een aanval gaande is. Toch is deze foto geënsceneerd en is er geen verder verhaal, dat vullen wij als kijker zelf in.
David LaChapelle
Bij een portret denken we vaak aan een mooie, tijdloze, rustige foto, die helemaal om de persoon draait die erop staat. David LaChapelle laat met zijn werk zien dat dat niet de enige manier is om een portret op te bouwen.
Zijn foto’s zijn intens, kleurrijk en ook wel een beetje hysterisch. LaChapelle maakt die keuze bewust: “I shoot fantasy. If you want reality, ride the bus” (Ik fotografeer fantasieën, als je liever realiteit hebt, ga je maar in de bus zitten. In zijn werk smelten digitale bewerkingen en grote sets samen tot een overweldigend geheel, vol verhaal en met een kenmerkende, eigen sfeer.
De les van David LaChapelle: Volg je eigen stijl
“I’ll let criticism spoil breakfast, but I won’t let it spoil lunch”. Als we iets van David LaChapelle kunnen leren, is het wel dat we onze stijl moeten volgen. Het hoeft niet altijd mooi en klassiek, het mag ook wild en spannend. Als mensen daar kritiek op hebben, dan kun je daar tijdens het ontbijt nog wel over kniezen, maar rond de lunch moet je gewoon weer lekker doen waar je mee bezig was!
Hoewel een simpele en traditionele foto prachtig kan zijn, is er ook niets mis mee om het medium breder te zien. Fotomanipulatie, kleurrijke sets, ‘ordinair licht’, alles mag. Denk lekker out of the box en doe wat je wilt, er zullen altijd mensen zijn die iets over je werk te mopperen hebben!
Martin Parr
Martin Parr is een beroemde, Britse fotograaf, die bekend is geworden met zijn humoristische, kleurrijke, directe werk. Of het hier gaat om portretten, documentaire fotografie of kunstfotografie is niet altijd duidelijk, maar van zijn aan pak kunnen we zeker wat leren.
Parr maakt zijn portretten bijna altijd op straat. Hij bezoekt plekken waar hij opvallende mensen tegen denkt te komen, en fotografeert er dan lustig op los. Zijn stijl is druk en oorspronkelijk. Soms is het onderwerp van de foto zelfs onscherp of liggen er vieze frietzakjes op de voorgrond. Op het chique Ascot fotografeert Martin Parr geen keurige portretten, maar flitst hij hard in op de wijnvlekken op de net niet flatteuze jurk. van een dame (zie hierboven). Het resultaat is humoristisch, vrolijk en relativerend.
De les van Martin Parr: benader fotografie met humor en probeer je onderwerp onaangekondigd vast te leggen
Wees niet bang om een beetje de draak te steken met de wereld. Het hoeft niet altijd maar serieus en gedragen, het leven benaderen met humor en zelfspot kan heel verfrissend zijn. De stijl van Martin Parr is echter niet voor iedereen weggelegd.
“Ik ga recht op mensen af en dat doe ik omdat het de enige manier is om een foto te maken. Je gaat recht op ze af. Zelfs nu vind ik het niet gemakkelijk. Ik kondig het niet aan. Ik doe alsof ik me ergens anders op concentreer. Als je een foto van iemand neemt, is het heel moeilijk om niet naar ze te kijken net na het nemen van de foto. Maar die blik is het enige dat het spel verraadt. Ik probeer niet te verbergen wat ik aan het doen ben; dat zou dwaasheid zijn.”
Als je echt wilt werken als Parr, moet je dus bereid zijn om heel dicht in de buurt van onbekende mensen te komen en dat durft natuurlijk niet iedereen. Misschien is Parr daarom wel zo beroemd!
Mario Testino
Mario Testino werd bekend in de jaren ’90 en fotografeerde beroemdheden als Kate Moss en Lady Di. De foto’s van Lady Diana worden tot op de dag van vandaag overal gebruikt, en zijn met recht iconisch geworden.
Testino werkt in een heldere stijl, zonder tierelantijntjes. Een vleugje oude Hollywood glamour geeft de beelden iets tijdloos. De beelden ogen weloverwogen en gestileerd: niets lijkt aan het toeval overgelaten. Toch lijkt het tegelijkertijd of we naar foto’s van familie zitten te kijken, de foto’s hebben iets los en vriendelijks. Zijn modellen lijken allemaal totaal op hun gemak, alsof ze in hun eigen huis rondlopen.
De les van Mario Testino: de mooiste foto’s maak je wanneer je model op hun gemak is of wanneer ze denken dat niemand kijkt
De les die we van Mario Testino kunnen leren gaat over emotie en gemakkelijkheid. De mooiste foto’s maak je soms zelfs buiten de shoot, als je nét dat ogenblik weet te vangen waarin er iets ‘echts’ gebeurt. Iedere fotograaf heeft wel een verhaal als het volgende van Testino:
“Ik heb lang gewacht, een uur of twee, om die foto perfect te maken. Maar ik was niet helemaal tevreden. Toen ik klaar was met de shoot, stonden ze (Red. Prince William and Kate Middleton) op het punt om te vertrekken en plotseling omhelsden ze elkaar, gewoon voor een radiator. Ik nam mijn camera en dat was de foto die overal rondging, het was spontane emotie. Je kon zien dat ze ontzettend verliefd waren.”
Blijf tijdens een fotoshoot goed kijken naar wat er gebeurt. Soms voelen mensen zich het meest op hun gemak als ze denken dat er niemand kijkt. Voor mooie ongedwongen foto’s zorg je dat je model zich ontspannen voelt en het gevoel heeft in goede handen te zijn. Wees lief voor je model, zet een muziekje op en go with the flow.
Susan Sontag
Sontag’s essaybundel, ‘On Photography’, uit 1977 is misschien wel het vooruitziendste en invloedrijke boek dat ooit over fotografie is geschreven. Hoewel het nu wordt beschouwd als een baanbrekende kunsthistorische tekst, was Sontag een kunstprofessional noch een academica.
Ze werd afwisselend gevierd en bespot als een “publieke intellectueel.” Haar overtuigende schrijfstijl en volledige omarming van haar status als amateur zorgden ervoor dat haar ideeën doordrongen tot de mainstream, hoewel ze ook veel tegenstanders vond. De geleerde Camille Paglia beschuldigde haar ervan “synoniem te zijn geworden met een oppervlakkig soort hippe aanmatiging“. Ondanks zijn Sontag’s radicale gedachten over fotografie nog even krachtig als altijd.
Met betrekking tot portretfotografie zorgt Sontag’s werk ook voor de nodige verdieping. Ze denkt in haar essays op een diepere manier na over de verantwoordelijkheid die we als fotograaf hebben. Als portretfotograaf gebruik je de identiteit van je onderwerp en maak je die soms ondergeschikt aan de foto die je wilt maken. Mag je iemand zomaar gek neerzetten? Moet een portret mooi zijn, vooral als het een van de weinige beelden is die die persoon gaat overleven? Wie maak jij van iemand, als je een persoon in een bepaalde context fotografeert?
De les van Susan Sontag: wees je er bewust van dat je iemands identiteit in handen hebt en mensen op een bepaalde manier neer kunt zetten
Voel je verantwoordelijk voor de foto’s die je van iemand maakt. Denk goed na over hoe je iemand neerzet, wat die foto vervolgens uitstraalt en wat die voor de persoon die je fotografeert, betekent.
Vooral wanneer je werkt met doelgroepen waarin je je minder thuis voelt, kan het schadelijk zijn om je eigen vooroordelen mee te nemen naar de shoot. De portretten die jij maakt, gaan personen of misschien wel een hele groep of subcultuur vertegenwoordigen. De modellen die je voor je lens hebt om lekker te oefenen, willen misschien wel voor jou poseren, maar niet door de hele wereld op die manier gezien worden.
Ga er niet vanuit dat portretfotografie iets vanzelfsprekends is: mensen leggen hun identiteit in jouw handen en het is wel belangrijk om hier op een bewuste manier mee om te gaan. Vraag bij twijfel altijd toestemming aan je model voordat je foto’s publiceert en stel de vraag liever op een indirecte manier, zodat mensen geen druk ervaren om akkoord te gaan.
Conslusie
We hebben het over allerlei soorten beelden gehad, van heel speels tot beladen en serieus. De belangrijkste les bij portretfotografie is misschien nog wel dat het aan jou is om keuzes te maken die bij je passen. Voel je niet gedwongen om heel ander werk te maken dan je instinctief zou doen, puur omdat je denkt dat dat zo hoort.
De dingen die je werk uniek maken zijn vaak de dingen waaraan je ook kunt twijfelen. De dingen die vragen oproepen. Of je nu heel speels en direct werkt en tussen de mensen gaat staan, zoals Martin Parr, je familie op een intieme manier vastlegt, zoals Sally Mann of diepe doordachte foto’s maakt, zoals Susan Sontag, vier wat uniek is aan je werk.
Een echte fotograaf is zich hierbij wel altijd bewust van het feit dat je een portret nooit alleen maakt. Voor elk portret is er ook een geportretteerde die zich kwetsbaar heeft durven opstellen, of die in een onbevangen moment toch op de gevoelige plaat gevangen is. Denk er dus altijd over na hoe je je hier als fotograaf tegenover verhoudt.
Daarnaast is het belangrijk dat je als fotograaf dingen durft te proberen. Wees niet al te bang dat je foto’s maakt die ‘niet goed’. Er zijn geen duidelijke regels over wat een goed portret precies is, en soms maak je de perfecte foto net op het moment dat mensen gewoon voor een radiator staan te knuffelen. Wees niet bang om de grenzen op te zoeken. Echt goede fotografie is vaak een combinatie tussen techniek, emotie, inzicht en het geluk dat je nét op het juiste moment op de sluiter drukt.
Mocht het soms niet gaan zoals je wilt, denk bij dat soort tegenvallers dan aan de woorden van Martin Parr:
“Je moet vooral veel slechte foto’s nemen. Wees niet bang om slechte foto’s te maken. Je moet veel slechte foto’s maken om te weten wanneer je een goede hebt genomen.”
Een oud Achterhoeks gezegde biedt mij ook altijd troost: “Als het niet gaat zoals het moet, dan moet het maar zoals het gaat“. De mooiste foto’s ontstaan soms op het moment dat je ze het minst verwacht!
Lees ook: Portretfotografie voor beginners gids: tips en hoe je begint